zaterdag, september 30, 2006
School
Vanmorgen werd ik wel heel vroeg wakker. Normaal gesproken zit ik om 6:12u in de trein, dus de wekker staat om 5:20u. Mijn leven begint daar ook op af te stemmen. Om 10 uur in de avond ben ik op en verlang ik naar bed. Zelfs op vrije dagen ben ik vroeg op. 6 uur is lekker lui, 7 uur is uitslapen, 8 uur is een schandaal!
Vannacht kon ik niet slapen van de spanning. Mijn tas stond gepakt, de wekker lekker laat (7:20) en mijn kleren lagen klaar. Ik ga elke dag naar school, maar vandaag weer voor het eerst als leerling. Ik weet eigenlijk niet of ik vroeger ook zo gespannen was voor de eerste schooldag, vandaag was ik het zeker. Vroeg wakker(half 4!) rugpijn van de spanning en een trillip.
De trein zat vol, ik moest drie kwartier staan tussen ontevreden mensen. Ik werd er zelf ook niet vrolijker van. Gelukkig zag ik weer mensen die plaats maakten voor ouderen. En ik was echt niet het grootste slachtoffer: mensen moesten ook na mijn eindbestemming nog wel staan. Volgende station, 35 minuten later.
Na een wandeling door stralend weer heb ik de school gevonden. Ik zal er niet vaak komen de volgende jaren, alleen voor tentamens. Mondelinge lessen en groepsbijeenkomsten zijn in Utrecht, nog verder dus. Tentamens zijn helaas door de week, ik moet maar eens zien hoe ik daar mee omga.
Ik voelde me een beetje weer twaalf. Maar toch is het anders. Als je twaalf bent laat je alles op je afkomen en laat je ook alles met je gebeuren. Nu liet ik niet teveel gebeuren, ik nam zelf het heft in handen. De toetstest was zo weer klaar, in mijn tempo. De slechte omstandigheden in het computerlokaal, de slechte organisatie, meteen gemeld. Geen klacht, maar gewoon duidelijkheid voor de school. Het was ook bar en boos hoeveel fouten er met studenten gemaakt werden.
Ik voel me dubbel na deze eerste dag. I k heb zin in het resultaat, maar ik zie als een berg op tegen de studie. Ach ja, ik mag dan wel naar de berg kijken, ik zie tenminste geen beren op mijn pad. Zelfs geen knuffelberen.
vrijdag, september 29, 2006
Het pluche aflevering 4: Muizenissen
De muis die al het langst bij mij woont heet Fred. Of hij altijd zo geheten heeft weet ik eigenlijk niet meer, maar Fred is een prima naam en hij is er heel blij mee. Fred is een reismuis. Al in 1993 hing hij aan het stuur van mijn fiets bij een tocht door Tsjechië. Hij kan makkelijk hangen, want hij heeft een rood met wit gestreepte muts op. Een klein beetje een kerstmuts. Aan de punt van de muts zit een balletje, en dat levert nog wel eens problemen op.
Fred heeft namelijk geen makkelijk karaktertje. Hij is driftig en kan soms moeilijk uit zijn woorden komen. Zo slaapt hij graag bij de tieten, maar in plaats van gewoon gaan liggen gaat hij uitgebreid zitten hum hummen. Als hij dan niet snel opgemerkt wordt gaat hij domme vragen stellen. Hij snapt nog steeds niet dat hij ook gewoon kan springen en kan gaan liggen.
Als Fred een driftbui krijgt gaat hij slaan met zijn balletje. Niet alleen mij, ook mijn echtgenoot. Fred is namelijk ook nog eens hartstochtelijk jaloers. Hij was er eerst zegt hij dan altijd. Hij heeft al 17 keer een cursus agressiebeheersing voor muizen gevolgd, maar helemaal vrij van slaan met zijn balletje is hij nog niet. Af en toe wordt hij dus aan zijn balletje bij de vleermuizen gehangen. Gelukkig kunnen die goed omgaan met agressie en komt Fred altijd gelouterd terug. Ook als hij weer eens mee mag op reis, en dat mag op elke reis die ik maak, is hij altijd weer een poos rustig. Misschien is het gewoon zijn zwerversbloed wat hem parten speelt.
Fred heet officieel Frederik, en op een dag wou hij een vriendinnetje. Hij wist ook al wie: Frederika. Na lang zoeken en roepen in winkels vonden we Ricky, die officieel Frederika heet. Zij gaf met een iel, bescheiden stemmetje antwoord op ons roepen.
Nou, bescheiden is de kleine muizin echt niet. Ze heeft een grote mond, rooft vaak kaas of erger: laat de anderen kaas voor haar roven. Ze schopt met haar pootje, haalt kattenkwaad uit en is misschien wel de grootste rebel van het bed. Toch is ze een welkome gast in ons bed, ze heeft ook een geweldig gevoel voor humor en heeft de telepamuis® en de astrapamuis® uitgevonden. Zo hebben we altijd contact met de thuisblijvers, zelfs in Egypte.
Ricky is bi en heeft behalve Fred ook een vriendinnetje: Emmy Thaler. Zij lijkt heel bescheiden, maar dat is maar een eerst indruk. Toen we haar in huis verwelkomden wisten we nog niet dat er met haar een hele pluchen porno-industrie bij ons gevestigd zou worden. Regelmatig wordt nieuw pluche verleidt tot het meedoen met de films van Emmy Productions®. En dan hebben we het niet over alleen recht op en neer, nee alles van SM tot vrouwvriendelijk komt langs. Maar Emmy is een succesvolle zakenvrouw die wel haar geld weet te delen. Zo heeft zij meegewerkt aan de financiering en totstandkoming van de astrapamuis®.
Zonder onze lieve muizen zou het saaier zijn in bed. Maar heel af en toe vragen we ons toch wel eens af waarom………….waarom.
donderdag, september 28, 2006
Dobberen
Het zoutwaterbad is wel helemaal buiten. Behalve dobberen en de hemel aanschouwen kun je je daar ook vermaken met kuren. Zo is er een massagestraat, waarbij een massagestraal steeds iets hoger in de muur zit. Om de minuut klinkt een belletje, en dan wordt je geacht een straal verder te gaan. De hele meute doet dat ook braaf, en het resultaat is een prettig gemasseerde kuitspier en/of dijspier.
Verder zijn er massagestralen voor schouder en nek, een paar "kookpotten" en verschillende hangplekken. Het is heel ontspannen om een poos het zout op je lichaam in te laten werken. De sauna en het turks bad zijn ook heerlijk ontspannnen. Om nog maar te zwijgen van alle verplichte rust tussendoor.
Toch ben je na een dag hangen in de sauna behoorlijk moe. Het is net of het afvoeren van afvalstoffen meer van je vergt dan een lange dag werken. En dan nog een lekker diner en je bent rijp voor een goed bed.
Het was een fijn feest, één jaar getrouwd. En het fijnst van het dobberen was het samen.
dinsdag, september 26, 2006
Getrouwd
Morgen 1 jaar geleden heb ik trouw beloofd aan mijn echtgenoot. We hebben elkaar ontmoet via internet. Hij is die éne die ik wel vertrouw. Na een rare start, en aanvankelijk twijfels of we wel samen verder zouden kunnen, ben ik nu dolgelukkig dat ik de energie toch opgebracht heb om deze relatie voort te zetten. Want hoewel ik mijn zielsverwant gevonden heb, een huwelijk is meer dan liefde. Een relatie meer dan trouw. En het was niet zo vanzelfsprekend dat wij een stel zouden worden en blijven.
Maar nu zijn we dan een jaar geleden getrouwd. Het was een goed idee. Het was een goede dag, waarop ik met veel innerlijk genoegen terugkijk. Ik heb op de dag ook enorm genoten.
Mijn echtgenoot, mijn beminde, kan ik het best beschrijven met gedichten van anderen:
Hij is mijn noord, mijn zuid, mijn oost en west
Hij is mijn werkweek en mijn zondagse rust
Mijn maan, mijn middernacht, mijn spreken en mijn zingen.
En
Hij is geen medicijn tegen het tikken van de klok
Geen hoop, geen gids, geen haven in de nacht
Geen bron in de woestijn als je kapot gaat van de dorst
Niet de glimlach op je allerslechtste grap
Hij is geen hitreferein dat van de steigers klinkt
Niet de allerduurste wijn die je zonder kater drinkt
Geen bloementuin in bloei, niet één uit duizend nachten
Geen uitgestoken hand, niet het eind van al m'n wachten
Nee, meer nog dan ik eigenlijk toegeven wil
Hij maakt het verschil
Hij is geen slap excuus voor wat ik graag had willen zijn
Geen droom, geen doel, geen stok om mee te slaan
Geen enkele garantie voor een lang, gelukkig leven
Hij is geen antwoord op de vraag van ons bestaan
Niet de mooiste symfonie onder de film genaamd 'wij tweeën'
Niet het schone, koele bed dat m'n koortsen weg kan nemen
Niet het ritme van mijn hart, niet het zuiverste geweten
Hij kwam niet op het juiste moment en dat kan me ook niets schelen
Want meer nog dan ik eigenlijk toegeven wil
Hij maakt het verschil
Tussen alles wat ik had, en hoe dat opeens ging leven
Wat met potlood staat geschetst kan met kleur worden ingetekend
Tussen nooit iets aan de hand en van alles te beleven,
Tussen nooit, misschien, heel soms
Tussen ik en ons
Zoveel zangen, zoveel woorden
Het wordt allemaal gezegd
Maar wat hij ook probeert, geef maar gelijk, het is terecht
Misschien is het wat simpel,
Maar alles wat ik horen wil is
Hij maakt het verschil
Hij maakt het verschil
Hij is geen goed gesprek waar geen hond op zit te wachten
Niet de vlag waar ik onder strijd, geen advies bij al m'n klachten
Niet de allerlaatste uitweg, waar wij allang niet meer aan dachten
Maar meer nog dan ik eigenlijk toegeven wil
Hij maakt het verschil
Hij maakt het verschil
We hebben een heel gewoon leven samen in een heel gewoon huis. En we hebben het beste wat er op deze wereld is. Liefde.
Het pluche aflevering 3: Bij de konijnen af
De namen: Dientje, Daantje, Doortje, Ebbie, Heppie, Petit en Fleur. Verder zijn er nog 4 baby’s. Die baby’s zijn eigenlijk van Dientje, maar Heppie zorgt er voor met zijn twee meisjes, Petit en Fleur. Heppie komt uit de Hema, Petit was er al heel lang en Fleur vond ik in de kringloop. Deze 2 dames zijn echt zusjes van elkaar. Heppie is een lief grijs konijntje dat mee was naar Korfoe. Tussen hem en Dientje heeft het nooit zo geklikt. Hij was eigenlijk alleen goed genoeg om de kindjes te maken die ze zo desperaat wou hebben. Toen de kindjes eenmaal geboren waren werd Heppie afgedankt. En de kindjes verwaarloosd.
Dientje lag op een dag bij de Blokker zomaar tegen me aan te kletsen. Ze zei: “Hallo, ik ben Dientje en ik wil niet bij een baby wonen. Neem jij me mee naar huis?” En zo is het gekomen. In het begin hadden zij en ik nog wel eens problemen. Vooral toen mijn man in mijn leven kwam was ze erg. Ze wou kindjes, en eigenlijk van hem. Als hij lag te slapen kwamen er teksten als: “Hij is mijn verloofde, handen thuis!” en: “Afblijven, mijn pik, mijn zaad.” Ik had de neiging om haar terug te brengen naar de winkel. Tot ze kindjes kreeg van Heppie en het gedonderstraal afgelopen was.
Daantje komt uit de Bijenkorf, nog voor de verkoop officieel gestart was. Hij is zo mooi, dat we in de Bijenkorf in Amsterdam nog een tweetal dames gehaald hebben, Doortje en Debby. Debby woont bij de zoon van mijn man, en Doortje bij ons. Bij elk bezoek wordt er enthousiast bijgepraat en telepathisch houden die 2 ook contact. Dat Daan bekakt praat en Door van de wallen komt kun je goed horen.
Ebbie is de laatste aanwinst, uit de Schlecker. Het evenwicht was soms wat zoek, Daan had teveel vrouwlui aan zijn hoofd. Sinds Ebbie bij ons woont is er evenwicht en harmonie bij de konijnen. Dientje heeft werk als nekkonijn bij koude nachten, Daan vult de holletjes, Door kletst iedereen bij en Ebbie kalmeert de boel. Heppie onderhoudt de kleintjes en Petit en Fleur zijn fulltime moeder.
De enige klacht van de konijnen is dat we niet in een holletje slapen.
maandag, september 25, 2006
De BBB
Wel zag ik in de flarden mist daaronder heel veel paarden. Elke ochtend groet ik even de ezel in het stadsweitje, maar nu liepen er vlakbij ook 12 friese paardjes. Die zijn mooi zwart, echte trekpaarden voor de mooie koets. Vroeger was het ras groter, omdat ze toen meer voor het werk nodig waren. Tegenwoordig wordt o.a. de gouden koets door friezen voortgetrokken.
Net voorbij het eerste station van de boemel zag ik weer paarden, een wei vol. Deze kleine paarden renden op volle vaart en dat gaat snel. Het waren kleine paarden, dus officieel pony’s. De kleur was te effen, anders had ik gedacht dat het Palomino’s konden zijn. In ieder geval denk ik dat het Amerikaanse paarden voor de rodeo zijn. Nou is de rodeo in dit land wel paardvriendelijk; hier worden geen ballen afgebonden of iets soortgelijk gruwelijks. Ik heb wel eens een show gezien, en die bestond voornamelijk uit het zo snel mogelijk aandraven en dan zo hard mogelijk remmen. Hele emmers zand vlogen daarbij door de lucht. Ook kunstjes doen ze met die kleine paardjes, zoals liggen en weer opstaan. Als je erg goed bent kun je meedoen in de film.
Vanmiddag was het uitzicht niet zo de moeite waard, maar wel de 3 vrolijke studenten die vlakbij gingen zitten. Ze kletsten vrolijk over hun stage op een kinderdagverblijf. Aanstekelijk waren vooral de verhalen over verzinsels van de kinderen. En de herinnering die dat opriep aan hun eigen jeugd.
Zo vertelde één meisje dat haar moeder alle abonnementen op naam van haar zus bestelde. Vooral het lidmaatschap van het Wereld Natuur Fonds had op haar naam gemoeten. Ze was nog altijd lid, en had nu recht op een leuke actie. Maar ja, die vlieger ging niet op door de domme fout van moeders.
Haar overbuurvrouw had het over de clubjes van vroeger. Het rekenclubje van haar zus, waar uitsluitend zij lid van mocht worden. Het speelclubje van alle buurtkinderen, waar zij te jong voor was, maar stiekem deed ze toch mee. Toen ze zeven was ging dat een keer mis. De speurtocht was net even te moeilijk voor haar, dus ze was wat achtergebleven. Gelukkig had ze ergens aangebeld en kon moeders haar ophalen. Maar het was wel ver van huis.
Helemaal hilarisch vond ik het verhaal van de BBB. De Bruine Beren Bescherming. Behalve één studente en haar zus mochten daar alleen pluchen knuffels lid van worden. Eens per jaar, in de zomer was dan de clubdag in de tuin. En ook eenmaal per jaar was er de wedstrijd logo ontwerpen. Omdat alleen haar zus en de beren lid waren won haar zus elk jaar die wedstrijd. Tja, personeel is natuurlijk uitgesloten van deelname.
Met een dikke glimlach belandde ik in de trein na de overstap, ook al moest ik me haasten en was er haast geen zitplaats te vinden. Ik wil ook lid worden van de BBB. Of ik richt er zelf ook één op.
zondag, september 24, 2006
Het pluche aflevering 2: De nichten
Hoe hij aan zijn naam gekomen is weet ik niet meer, maar wel dat ik hem destijds Arthur op z’n engels genoemd heb. Hij heeft ook wel iets heel heldhaftigs. Tegenwoordig spreek ik zijn naam op z’n Nederlands uit, en is zijn naam meestal kortweg Tuur. Hij heeft een donker stemgeluid, een aanstekelijke bolle lach en twinkeloogjes.
Zij grootste vriend op deze wereld is Siemen. Siemen had eigenlijk per post naar Amerika gestuurd moeten worden. Hij is een knopf-im-ohr, en destijds handelde ik in beren van zijn prijsklasse. Hij heeft waarschijnlijk zo rond de 75 gulden gekost en had 200 dollar op kunnen leveren. Maar het was te laat, Siemen heeft een naam gekregen en een nacht in mijn bed doorgebracht. En dan is zo’n beer toch geen handel meer?
Siemen is vernoemd naar de serie Zaai, waarbij de postbode altijd met de 2 meisjes op het hek aan het kletsen was. Hij is geen nicht, maar hij is wel als een blok gevallen voor onze Tuur. En als er 1 pluchen beer een nicht is, dan is het onze Tuur wel.
Ze zijn heel gelukkig met zijn tweetjes. Ze maken vaak grapjes, want leedvermaak is hun grootste lol. Maar ze zijn ook lief, adviseren, troosten en ze zijn de nestors van het pluche. Onze 2 gezellige nichten.
Het pluche aflevering 1: De Beren
Als baby kreeg ik een beer die ik zelf Pakkepak genoemd heb. Ik weet dit alleen uit verhalen van anderen, ik was nog heel klein. Pakkepak was een lichtblauwe beer die al heel snel vies werd. Voorzover ik me Pakkepak herinner was hij dan ook grijs. Op een slechte dag moest Pakkepak in de wasmachine, maar....probleem. Waar ik ging, daar was Pakkepak. Wassen terwijl ik sliep was ook geen oplossing, Pakkepak lag stevig in mijn knuistjes.
Mijn moeder had wel een oplossing. Al een tijdje lag er een iets grotere beer klaar. Roze, lief, zacht en helemaal voor mij. De beer kreeg de naam Knuffel en werd mij gepresenteerd als een geschenk uit de hemel.
De eerste ervaring die Knuffel met mij had was dat ik hem boos wegsmeet. Pakkepak was foetsie, ik was bedrogen en Knuffel was geen Pakkepak. Blijkbaar ben ik de hele dag boos gebleven. Pakkepak droogde op, maar was nooit meer de oude.
Tot mijn spijt is Pakkepak verdwenen. Zoals dat gaat met baby's, ze worden groter en de knuffels worden vergeten. Knuffel is in de wieg beland bij mijn poppen en zo bewaard, maar Pakkepak was daarvoor al te breekbaar. Knuffel zit dan ook tegenwoordig boven mijn bed. Ik ben hem wel lief gaan vinden hoor. Hij kon er ook niets aan doen dat hij gebruikt werd in een doofpotschandaal. Ik heb zelfs nog een foto van mijzelf op tweejarige leeftijd. Met een roze jurkje in de tuin, rode klompjes aan en Knuffel innig omarmd op schoot.
En nog steeds is Knuffel één van mijn dierbaarste vrienden.
Erfgoedwandeling
Het bos waar wij lopen is nog niet oud. Het is dus ook geen natuur, maar cultuurlandschap. De folder van de nieuwe wandeling maakt dat nog eens extra duidelijk. "De ontginningsbossen waar u tijdens deze wandeling doorheenloopt, zijn grotendeels aangeplant in de jaren '30 van de vorige eeuw. Eigenlijk is de boswachterij zelf dus ook een stuk erfgoed. Andere voorbeelden van erfgoed die u onderweg zult tegenkomen zijn grafheuvels en hunebedden, zand- en keienwegen die vaak het recht-hoekige patroon van de percelen volgen, heide en vennen en de voor deze boswachterij zo karakteristieke beukenlanen."
Wij starten niet op het aangegeven startpunt, maar bij een bord met informatie over een andere wandeling. Daarop staat een mooie kaart van hetzelfde gebied in 1896. Alles is heide, met langs de riviertjes weidegrond en rond de dorpen bouwgrond. Als we uitstappen geven een paar sympathieke wandelaars ons het advies de nieuwe route te lopen. Een kilometer of 6 dus wel lang, maar erg mooi.
Nu waren wij van plan om een kilometer of 7 te gaan lopen, een combinatie van 2 oude routes. Dus 6 km is een makkie, en een mooie tip. We volgen de groengekopte paaltjes en zijn al snel bij een hunebed. Op de goede gedetailleerde kaart zien we al snel dat de wandeling waarschijnlijk iets langer zal zijn. We moeten ook nog naar het huis van Staatsbosbeheer, en dan terug......dat lukt niet in 6km. Na de maaltijd bij het hunebed lopen we verder, en inderdaad: de wandeling is erg afwisselend.
We zien ondanks hitte en droogte nog wel mooie paddestoelen gelukkig. Bij een ven (kunstmatig onderhouden, maar ja, het is dan ook geen natuur hier) zien we verschillende soorten libelles en waterjuffers. Eén juffer laat zich heel mooi zien, een lantaarntje. Ook één van de libellen kan ik thuisbrengen; een heidelibel, bruinrood of steenrood. De ander is te gevoelig voor mijn nadering. Verder zien we prachtige vlinders; de kleine vuurvlinder en de atalanta komen ons meermalen begroeten. Op een pad ziet mijn metgezel een kleine salamander wegschieten.
Na een kilometer of 6 zijn we bij het huis van Staatsbosbeheer. Als het niet te druk is halen we een kop koffie hadden we al besloten. Maar het is wel redelijk druk, dus alleen even naar de winkel en het toilet. Ondertussen is voor de 2e keer de rits van mijn broek geknapt. Gelukkig zijn de baliemedewerkers nuchter en behulpzaam; ik krijg 2 veiligheidsspelden. De winkel verlaten we niet zonder te betalen, we vinden een das, een egel en een eekhoorn van pluche.
Vanaf het boshuis gaat de wandeling weer door een heel ander gebied verder. Op de laatste folder van deze nieuwe route vinden we de informatie dat hij 11 kilometer lang is. Dat kan wel kloppen, maar wij zijn ondertussen zo ervaren dat we dat niet te ver vinden. Na grafheuvels, heideveld en pingo-ruïnes zijn we nog onverwacht snel terug bij de auto. Het is zeker de moeite waard om nog eens deze wandeling te lopen. Het pluche krijgt namen, de eekhoorn heet Jozef, de egel Prikkie en de das Hoega. Ze worden hartelijk welkom geheten door de afvaardiging die meegewandeld is: zeehond Oenkie en rendier Bliksem. Maar het hoofdstuk pluche is een heel ander verhaal, daar kom ik nog wel eens op terug.
zaterdag, september 23, 2006
Maar ik heb ook een inbox, waar nogal eens iets in blijft staan wat al lang weg kan. Deze week zag ik dat er nog mail uit februari in stond, de maand dat ik deze pc in gebruik genomen heb. Ik heb dus maar eens de tijd genomen om alle mail grondig op te ruimen.
Nu heb ik niet alleen een alledaags e-mail adres, ik ben ook nog de trotse eigenaar van een hotmail adres en 3 gmail adressen. Het hotmail adres is handig voor het internet. Ik heb het al jaren, het gebruik is prima en de spamfilter werkt prima.
Het eerste gmail adres is heel handig voor grote bestanden zoals foto's. Ook dat werkt prima, en al moet ik daar wel vaak opruimen, het is een plezier om ruimte beschikbaar te hebben buiten je eigen pc. De andere 2 zijn voor ongewenste mail. Een gmail adres komt al snel serieus over, maar als je niet weet met wie je praat is het een goede manier om geen last te krijgen van spam. Tot nu toe heeft nog niemand die 1 van die adressen gekregen heeft bewezen dat hij/zij een eerlijk persoon is. Het waren ratten van reclamebedrijven.
Vanavond heb ik op het ene adres 144 spamberichten verwijderd, op het andere 1264. Ik heb me voorgenomen om in mijn elektronische agenda te zetten dat ik toch echt 1x per maand schoonmaak moet houden in die adressen. Ik wil ze toch echt blijven gebruiken bij twijfel. Wie weet is er op het world wide web toch nog iemand die gewoon eerlijk is. Ik heb er ooit al één gevonden. En daar ben ik mee getrouwd.
vrijdag, september 22, 2006
Dierenalfabet
donderdag, september 21, 2006
Drie oude ottertjes
Annie M.G. Schmidt
Drie oude ottertjes wilden gaan varen
Over de zimzam, over de zaan
Eigenlijk wilden ze dat al sinds jaren
Maar om het feit dat ze ottertjes waren
Hadden ze 't nooit gedaan
Want...
Daar hing een bordje op alle bottertjes:
Verboden voor ottertjes
Drie oude ottertjes stonden te schreien
Daar bij de zimzam, daar bij de zaan
Stonden te schreien en ze zeiden
Dan gaan we maar met het spoortreintje rijden
Dat zal wel beter gaan
Maar...
Daar hing een bordje in iedere coupee:
Ottertjes mogen niet mee
Drie oude ottertjes stonden te turen
Over de zimzam, over de zaan
Daar op een weilandje tussen twee schuren
Daar was een plek waar je fietsen kon huren
Fietsen met mandjes eraan
En...
Daar hing een bordje op iedere fiets:
Ottertjes mogen voor niets
Nu rijden die ottertjes over de brug
Over de brug en weer terug
Reeën
In de ochtendtrein kom ik er weer langs en in het vroege ochtendlicht kijk ik naar de achterlichtjes van de file voor de poort. De nieuwe fly-over met rotonde eronder is prachtig aangelegd, maar de file staat al op die rotonde. De rest van de wegwerkzaamheden is nog niet klaar, dus ik ben blij dat ik met de trein kan. Het asfalt op de weg naar de stad wordt al weer aan gort gereden voor het werk klaar is.
Een paar stations voor mijn bestemming stop ik kranten en boek in de tas. Het is mooi buiten en het is nog heel vroeg. Geen zin meer in de puzzel, geen geduld meer voor het boek. De zon laat zich al weer prachtig zien, de kale velden baden in zacht oranje. De aardappelen zijn gerooid, het land ligt al weer klaar. Eén veld is niet geoogst, maar er is dan ook geen loof te zien. Asperges? Het zou kunnen gezien de tijd van het jaar en de vorm van de grond. Hoewel aardappelen tegenwoordig ook in die rillen geplant worden, maar daarvoor deugt het seizoen niet.
Totaal onverwacht zie ik links mijn reeën weer. Vlakbij de trein 1 bok met 2 geiten, iets verderop een geit met een bijna volgroeid kalf. Ze hoort duidelijk bij de roedel, en haar kalf is bijna zo groot dat ze zich weer thuis kan melden. Als haar kind een bok is gaat het een moeilijke winter tegemoet. Elke keer als ik het niet verwacht laten ze zich even zien als een cadeautje. Mijn dag begint prachtig.
De roofvogel zit op zijn vaste plekje op hetzelfde veld. Op een heuveltje, dichtbij de muizen. Zijn veren zijn oud en verkleurd, en wellicht heeft hij ook een moeilijke winter in het verschiet. Maar voorlopig is het nog herfst met prachtige warme dagen. En de ochtendzon zal zijn oude lijf wel goed doen.
dinsdag, september 19, 2006
Buddha with a Cell Phone
The dark sky opens and it starts to rain. I go outside to stand in the stream, the longed-for gift of water where it hasn’t rained for so long. I shout and dance with the dog, who puts his ears back and licks my nose. When we come back in, he shakes and I do too, a few drops flying off my hair. I notice the Buddha sitting on my desk. He’s a rubber Buddha in a yellow robe. If you squeeze him he squeaks. He’s got a radiant smile on his face, his eyebrows happy half-moons over his eyes. As I stare at him my wife walks by and with a cheery Buddha-like glint says, “It’s raining.” In his right hand the Buddha’s got a cappuccino and in his left a cell phone pressed to his ear. His lips are closed so I know he’s listening, not talking. One more thing—I pick up a little kaleidoscope lying next to the Buddha and lift it to my eye to look outside. I thought it would make the raindrops glitter through the autumn-dry corn but instead what I see looks like the ceiling of a great cathedral. I whirl around and am presented with the image of a thousand rubber Buddhas, each one a drop of rain, falling, ready to hit the ground.
Film
Vanmorgen in de trein zag ik gelukkig weer een prachtige zonsopgang. Ik wist meteen weer waarom ik zo'n moeite heb met de herfst. Een heel mooi seizoen, maar ik kan niet tegen die kortende dagen. Vooral het feit dat je in het donker vertrekt en in het donker thuis komt vind ik vreselijk.
De natuur is eigenlijk op zijn mooist nu. De bomen met hun kleurende en vallende bladeren. Het zachte licht wat er doorheen filtert. De planten die een laatste poging doen om uitbundig te bloeien. De rode bol van de zon die opkomt. De geur van schimmel en de zwammen boven de grond. En niet te vergeten de beukenootjes en eikels die om je heen op de grond ploffen.
De herfst is zo gek nog niet. Ze zouden alleen de zon niet uit moeten doen. Het zal wel weer groot onderhoud zijn. Of zou iemand de zon geprivatiseerd hebben?
maandag, september 18, 2006
Kolibrievlinder
Macroglossum stellatarum
Voorkomen: M. stellatarum is een trekvlinder uit Zuid-Europa. 100 tot 200 waarnemingen per jaar is normaal maar in het warme jaar 2003 zijn er vele 1000-den gezien in heel het land.
Familie: pijlstaarten (SPHINGIDAE)
Dagactieve nachtvlinder.
Vliegtijd: De hoofdvliegtijd van de kolibrievlinder ligt tussen eind mei en begin oktober. De tot nu toe geregistreerde uiterste vliegdata zijn half mei tot half oktober.
Rups: Rups juni - tot in de herfst, vooral in augustus. Af en toe rupsmeldingen. Rups tot 65 mm lang. Lijf groen of bruin met kleine, witte wratjes, een witte subdorsale lijn, een gele streep onder de stigma's en een zwarte pijl met bruine punt op segment 11. Verpopt in de grond.
Voedselplant: walstrosoorten.
Bijzonderheden: Vliegt overdag als een kolibrie op (gekweekte) bloeiende planten (balkons en tuinen). Al in het voorjaar komen vlinders ons land binnen. Overwintert niet in Ned. In rust op muren, schuttingen e.d.
Vanmorgen in de trein zat ik nog te sippelippen omdat het al weer zo laat licht wordt. Op het station was geen Metro beschikbaar; de drukpersen hadden een storing. Tijdens de overstap leverde de dagelijkse extra wandeling gelukkig wel een Spits op. De overstaptrein was ook laat. Normaal kan ik bijna een kwartier gewoon lekker warm binnen wachten, maar nu kwam hij pas vlak voor vertrek langs het perron. Pas in de boemel vlakbij mijn werk werd het licht. Geen reeën, geen vogels, zelfs geen aardappelrooiende boer te zien.
Vanmiddag was ik net te laat voor de trein terug die ik normaal neem. Balend dan maar een half uur later naar huis. Dat haal ik deze week wel weer in, maar toch. Nu kwam het niet goed uit. Beide treinen waren gelukkig niet overvol, maar ik maak wel hele lange dagen zo. Gelukkig vond ik nu wel een Metro, maar het uitzicht uit de trein was niet spectaculair. Gewoon nevel en zware bewolking. Geen dag om te onthouden dus.
Toen ik thuis was werd ik de tuin ingelokt, om even te genieten van het mooie schilderwerk. Bovendien moest ik de sperziebonen bekijken die donderdag de grond ingestopt zijn. Ze komen met hun koppies al boven. Het zou een wonder zijn als dat nog vrucht draagt, maar het begint er op te lijken dat het kan. Terwijl we de bonen bewonderden zagen we dat de bloemkool ook al bloeit. Heel mooi violet. En terwijl we daar vlakbij stonden om goed te kijken kwam er een kolibrievlinder langs, over de reuzenafrikanen. We zagen hem allebei heel mooi. Razendsnelle vleugels, een tekening alsof hij ogen heeft en een tong die op een snaveltje lijkt. Wat een geschenk.
Alsof het niets is zat er ook nog een bont zandoogje op het huis. Ook heel mooi te wezen.
zondag, september 17, 2006
Dream within a dream
all that we see or seem
is but a dream within a dream
take this kiss upon the brow
and in parting from you now
this much let me avow
you are not wrong who deemed
that my days have been a dream
yet if hope has flown away
in a night, in a day,
in a vision, or a memory
is it therefore the less gone?
all that we see or seem
is but a dream within a dream
I stand amid the roar
of the surf tormented shore
and I hold within my hands
grains of golden sand
how few yet how they creep
through my fingers to the deep
while I weep, while I weep
oh god can I not grasp
them with a tighter clasp
oh god can I not save
one from the pitiless wave
is all that we see or seem
but a dream within a dream
A dream within a dream
I stand amid the roar
Of a surf-tormented shore,
And I hold within my hand
Grains of the golden sand-
How few! yet how they creep
Through my fingers to the deep,
While I weep-while I weep!
Oh God! can I not grasp
Them with a tighter clasp?
Oh God! can I not save
One from the pitiless wave?
Is all that we see or seem
But a dream within a dream
Herfst
De herfst is mijn mooiste, maar ook mijn slechtste seizoen. Buitenshuis is het veruit mijn favoriet. De kleuren van de natuur, de kleur van het zonlicht, de bijzondere dingen als paddestoelen die volop verschijnen. Het is ook de tijd van het jaar dat ik veel wild zie, reeën, vogels, hazen. De bomen zijn nog lang niet kaal, maar het landschap wordt doorzichtiger.
Het ergst vind ik altijd dat de dagen zo kort worden. Nog even en op werkdagen zie je geen daglicht meer, behalve door het raam. Kaarsjes, kerstbomen, versiering, feestdagen. Het moet allemaal nog gaan leven en het biedt nu nog geen troost. Alleen de korte dagen zie ik voor me.
De dood en melancholie zijn onlosmakelijk verbonden. Het mooist schrijven de russen daarover. Hun pijn kan ik voelen, begrijpen, is mij na aan het hart. Muziek, films, schilderijen, proza en poëzie, alles snap ik intuïtief. Ik ben vast ooit Russisch geweest in een vorig leven.
zaterdag, september 16, 2006
Voor een dag van morgen
Wanneer ik morgen doodga,
vertel dan aan de bomen
hoeveel ik van je hield.
Vertel het aan de wind,
die in de bomen klimt
of uit de takken valt,
hoeveel ik van je hield.
Vertel het aan een kind
dat jong genoeg is om het te begrijpen.
Vertel het aan een dier,
misschien alleen door het aan te kijken.
Vertel het aan de huizen van steen,
vertel het aan de stad
hoe lief ik je had.
Maar zeg het aan geen mens,
ze zouden je niet geloven.
Ze zouden niet willen geloven dat
alleen maar een man
alleen maar een vrouw
dat een mens een mens zo liefhad
als ik jou.
Onder dwang
Deze zomer was het warm, en heel af en toe mocht ze in het begin buiten neuzen. Alle gaten in de schutting zijn ontdekt en gedicht. Ze is niet meer zo jong, dus over de schutting klimmen doet ze niet meer zonder aanleiding. Twee keer heeft ze bezoek gehad van een jonge kater met veel bravoure, maar die werd zonder aarzelen weggemept.
Sinds de kat naar buiten mag wil ze ook bij elke gelegenheid de tuindeur open hebben. Ze vindt regen niet fijn, maar ze moet het toch eerst zelf voelen voor ze genoegen neemt met een dichte deur. En zodra ze ontdekt dat 's ochtends de zon schijnt, worden we uit bed gehaald om de deur open te doen.
Haar stemgeluid is formidabel. Als wij om praktische redenen besluiten om haar even binnen te halen of te houden is het commentaar op de dichte deur niet zachtzinnig. Luid miauwend dwingt ze je om gewoon de deur open te doen. Daar ben je per slot van rekening voor aangenomen.
vrijdag, september 15, 2006
De gestorvene
Zeven maal om de aarde gaan,
als het zou moeten op handen en voeten;
zevenmaal om die éne te groeten
die daar lachend te wachten zou staan.
Zeven maal om de aarde gaan.
Zeven maal over de zeeën te gaan,
schraal in de kleren, wat zou het mij deren,
kon uit de dood ik die éne doen keren.
Zeven maal over de zeeën te gaan -
zeven maal, om met zijn tweeën te staan.
Luxemburg
We hebben een hotel midden in de Ardennen. Nu gaan we nog wandelroutes zoeken, oefenen met heuveltjes en we nemen de stokken mee. Het is wel even reizen; 4½ uur volgens routenet. Met stops en rustig rijden reken ik zelf op 6 uur. Dat wordt vroeg reizen. Ik heb alvast mooi weer besteld voor de herfstvakantie.
Muziek
Vanmorgen was ik weer vroeg
wakker, ook al ging de wekker niet. Na een uurtje banjeren door het huis ging ik weer liggen. Nog een half uurtje later kwam de kat eisen dat we op zouden staan. Ik had uiteraard de deur al voor haar opengedaan, maar we moesten ook nog opstaan van de dame. Ondanks dat ze gesteriliseerd is, is ze nu toch een beetje krols. Met haar formidabele miauw helpen zelfs oordopjes niet.
Ik heb lekker de radio op 4 gezet en ben nog even blijven liggen. Nou ja even, toch zeker een uur. Lekker ontspannen, met heel afwisselende muziek, heerlijk genieten. Ik vind het best jammer dat klassiek zo vaak ouderwets gevonden wordt. Ik kan me helemaal inleven, erg genieten, en mijn emoties vrij laten. Niet alles is mooi, er is veel 'verplicht gefiedel' bij. Veel muziek is voor mijn gevoel geschreven om bezig te blijven, of om geld te verdienen, of om te oefenen. Maar er is ook veel muziek die het hart raakt, die innoverend is of een vertaling van andere kunst. Gedichten, schilderijen, de natuur, het weer. Dat komt allemaal je kamer door bij klassieke muziek. Op mijn begrafenis mogen ze Arvo Pärt draaien.
Moderne muziek is ook mooi; pop, rock, techno, house. Ik kan het allemaal wel waarderen. Toch ben ik veel minder bezig met mijn emoties als ik dat hoor. Veel muziek gaat niet dieper dan verliefdheid of liefdesverdriet. Allemaal heel wezenlijk, maar ook alledaags. Als pop de werkweek is, dan is klassiek voor mij het weekend. Pop is in de trein zitten naar je werk, klassiek is het uitzicht.
Dinsdagochtend zag ik onder de flarden mist een reekalf van dit jaar grazen. Nog wat onvoorzichtig, misschien wat bravoure. De moeder stond vast vlakbij, maar was onzichtbaar achter de nevel. Woensdagochtend zag ik 5 volwassen reeën, eerst 2 aan de bosrand, toen 3 langs een sloot. Heel dichtbij was een boer al aardappels aan het rooien, nog voor half acht in de morgen.
Gisterochtend zag ik geen reeën, maar wel een valk die een diertje sloeg. Ik zag de razendsnelle val naar beneden, en toen het wegwieken met de zware last. Er bungelde een staartje uit de snavel. Heel magnifiek met een klein stukje medelijden.
dinsdag, september 12, 2006
Je kat
Vanmiddag gaf je je kat een kopje en likte haar
Staart schoon, toen ze plotseling naar je opkeek
Zoals je daar op je knieën zat, en merkbaar
Aangedaan zei ze: 'Jongen, wat zie je bleek.'
Ze merkte niet meer hoe je naar haar terugkeek.
Ze kneep haar ogen toe en legde haar kop
Plat over haar voorpoten heen. Even streek
Je haar huid nog glad en hield toen verslagen op.
Tuberculeuze muziek dreef door het huis en
Je voelde je kleiner worden - onverwacht
Werden haar poten zo groot als leidingbuizen
En lag je verschrompeld tegen haar vacht.
Zonsopgang
"en toen zei ik, meid, je moet een ander nemen. Maar zij zei: "Nee hoor, ik wil deze, die kleur heb ik altijd." "Wat zeg je? Draagt ze altijd roze? Ze ziet er wel 10 jaar ouder uit met roze. Ze zou eens blauw moeten proberen. In ieder geval, ik zeg: "meid probeer eens blauw."
De meeste gesprekken per debiele telefoon zijn te banaal voor woorden. Het zou al lang verboden zijn als er geen geld mee te verdienen viel. Als het goed is voor de economie dan is het goed voor ons allemaal. Moeten we denken.
Op school hadden we een geschiedenisboek met een plaatje welvaart en een plaatje welzijn. Wat er op het plaatje stond weet ik niet meer, maar de begeleidende tekst was ongeveer: In de jaren '50 nam de welvaart toe, maar het welzijn niet. Vooral in de jaren '60 kwam er een kentering op gang, waarbij weer aandacht kwam voor het welzijn van de mens.
Het is hoog tijd voor een revival van de sixties. De buitenkant is al wel 3x weer in de mode geweest, maar spiritualiteit is alleen per individu nog toegestaan. Welzijn voor iedereen is zwaar uit den boze.
Maar goed, de zonsopgang dus. Na de overstap en de extra wandeling om een krant te halen werd het langzaam licht. Het ochtendgloren was al een tijd te zien aan de oostkant, maar er was zoveel mist en nevel dat er nog niet veel te kijken viel.
In het kale landschap van de polder trok langzaam de mist op, en de zon speelde met de akkers en de flarden nevel. Overal kwam het licht vandaan, warm oranje, zacht roze en machtig paars. Ergens huppelde iets weg, groot, een haas. Met elke kilometer werd het licht anders en kon ik meer waarnemen. Vlak voor mijn halte stond onder een flard mist opeens een ree te grazen. Een kleintje nog, een jong van dit jaar. Moeder of de roedel stond ongetwijfeld dichterbij de rand van het bosje. Maar dit jong liet zich heel mooi bekijken. En mijn ochtend was goed.
zondag, september 10, 2006
De idioot in het bad
Met opgetrokken schouders, toegeknepen ogen,
Haast dravend en vaak hakend in de mat,
Lelijk en onbeholpen aan zusters arm gebogen
Gaat elke week de idioot naar 't bad.
De damp die van het warme water slaat
Maakt hem geruster : witte stoom…
En bij elk kledingstuk, dat van hem afgaat,
Bevangt hem meer en meer een oud vertrouwde droom.
De zuster laat hem in het water glijden,
Hij vouwt zijn dunne armen op zijn borst,
Hij zucht, als bij het lessen van zijn eerste dorst
En om zijn mond gloort langzaam aan een groot verblijden.
Zijn zorgelijk gezicht is leeg en mooi geworden,
Zijn dunne voeten staan rechtop als bleke bloemen,
Zijn lange, bleke benen, die reeds licht verdorden
Komen als berkenstammen door het groen opdoemen.
Hij is in dit groen water nog als ongeboren,
Hij weet nog niet, dat sommige vruchten nimmer rijpen,
Hij heeft de wijsheid van het lichaam niet verloren
En hoeft de dingen van de geest niet te begrijpen.
En elke keer, dat hij uit 't bad gehaald wordt,
En stevig met een handdoek drooggewreven
En in zijn stijve, harde kleren wordt gesjord
Stribbelt hij tegen en dan huilt hij even.
En elke week wordt hij opnieuw geboren
En wreed gescheiden van het veilig water-leven,
En elke week is hem het lot beschoren
Opnieuw een bange idioot te zijn gebleven.
Fietsen
Dit voorjaar hebben we op de fiets al orchideeën gevonden. Op een plek waar we niet vaak wandelen. Vanmiddag gaan we weer fietsen, maar nu naar dezelfde plek als waar we vaak wandelen. De route erheen zal anders zijn: intensiever dan vanuit de auto. Het bos zal ook anders zijn, kleiner vooral.
Ik heb er zin in.
vrijdag, september 08, 2006
Kiezen
In de herfstvakantie willen we een paar dagen naar Luxemburg. Er zijn verschillende opties, maar 2 springen er uit. Gewoon een hotel maar wel een hemelbed. Of een arrangement met sauna, zwembad en grill-maaltijd..maar wel zonder hemelbed
Straks moeten we ook weer naar de stembus. Je wordt nu al doodgegooid met reclame voor de eigen broeders en zusters, en hier en daar met smerigheid over de anderen. Tot de laatste verkiezingen wist ik het nooit, ik hinkte op 2 gedachten. Nu ben ik er eigenlijk al wel uit.
donderdag, september 07, 2006
Wandeling
Wandelen is wel leuk. Alles om je heen bekijk je in een rustig tempo, en al duurt het soms even voor je bij het onderwerp van je keuze bent, toch is de wandeling de moeite waard. Telkens weer.
Wandelen in heuvels en bergen is ook leuk. Het kost wat spierpijn, maar als je eenmaal gewend bent zijn de nieuwe indrukken bijzonder de moeite waard. Het kost je je richtingsgevoel, maar dat uitzicht krijg je niet vanaf de Martinitoor'n.
Vandaag gesurft op het internet naar een reisje in de herfstvakantie naar de Ardennen. Het zou fijn zijn als het lukt. Het land luxemburg herrinner ik me van lang geleden, van de trein. Eerst naar Maastricht, dan de boemel naar Luik en op dat lelijke, smerige station overstappen naar Luxembourg cité.
En dan daarna, de pracht van de Ardennen, de schoonheid van bergbeekjes, varens en bomen. Het was prachtig. Zou het 1986 of 1987 geweest zijn? Tegenwoordig is de reis via Maastricht en Luik niet meer de vanzelfsprekende naar Luxemburg stad, je wordt via Roosendaal en Brussel gestuurd. Bovendien wordt het waarschijnlijk toch de auto.
Ik hoop dat het uitzicht ook vanaf de weg zo mooi is.
woensdag, september 06, 2006
Nauwe blik
Ik vraag me wel eens af of dat de reden was waarom arme lieden niet zoveel reisden vroeger. Nou is dat ook niet helemaal waar, maar over het algemeen waren werklieden alleen op pad om brood te verdienen. Letterlijk brood, beleg was al een luxe.
Als je 14 uur werkt en 8 uur slaapt, dan heb je nog 2 uur voor andere dingen. Reistijd, wassen, eten, huishouden, de moestuin, de kinders, het vee. Als je als kind 14 uur werkt, dan heb je geen tijd over want je moet nog langer slapen dan een volwassene. En al deden ze per uur echt niet zo veel als wij met hun hoofd, lichamelijk was het werk toch ook echt zwaar. Van gerookt spek en roggebrood, met om 9 uur 's avonds nog pap en dan de bedstee in kwamen ze niet aan. Sterker nog, ze hadden vaak nog honger. En dan heb je het toch over een dieet van zo'n 3000 caloriën per persoon per dag. Gezond was het natuurlijk niet, maar voedzaam wel.
Marinus van der Lubbe was ook arm, maar hij reisde wel. Hij was een ontdekker, hij wou leren, en hij had haarfijn door dat de verdeling van welvaart onrechtvaardig was. Nou was de gemiddelde notabele in die tijd minder rijk dan Jan Modaal vandaag, maar toch. Er waren zeker ook rijjke mensen, en dan zijn kinderen met honger niet te verkroppen.
De eerste keer dat ik zelf echt de schrijnende tegenstelling vlakbij elkaar zag was in Turijn. De stad kiebelt van de kerkjes, als je op een straathoek in het centrum staat zie je er altijd minstens 3. En al die kerkjes liggen, hangen en staan vol goud. De straten van de stad kiebelen van de dure winkels. Restaurants waar ik het niet eens aandurf om koffie te bestellen, want die kan zomaar 10 euri kosten.
In Turijn zit Fiat. Voor Fiat werken arme koreanen. En die koreanen zijn illegaal en wonen in krotten van golfplaat. Buiten het centrum, buiten de buitenwijken, maar wel in Turijn. Geen achtergebleven gebied, rijk, geen nood. Maar die koreanen moeten elke dag lang reizen om bij Fiat te komen, lang werken, ze hebben geen rechten, geen welvaart, geen vangnet, geen huis. Ze voelen zich waarschijnlijk net zo als onze voorouders van nog geen 5 generaties geleden. Zou hun wereld ook zo klein zijn?
dinsdag, september 05, 2006
maandag, september 04, 2006
Boemel
De boemel vecht zich dapper een weg onder de storm door. Als ie maar niet omvalt.
zondag, september 03, 2006
Lullaby
Lay your sleeping head, my love,
Human on my faithless arm;
Time and fevers burn away
Individual beauty from
Thoughtful children, and the grave
Proves the child ephemeral:
But in my arms till break of day
Let the living creature lie,
Mortal, guilty, but to me
The entirely beautiful.
Soul and body have no bounds:
To lovers as they lie upon
Her tolerant enchanted slope
In their ordinary swoon,
Grave the vision Venus sends
Of supernatural sympathy,
Universal love and hope;
While an abstract insight wakes
Among the glaciers and the rocks
The hermit's carnal ecstasy.
Certainty, fidelity
On the stroke of midnight pass
Like vibrations of a bell
And fashionable madmen raise
Their pedantic boring cry:
Every farthing of the cost,
All the dreaded cards foretell,
Shall be paid, but from this night
Not a whisper, not a thought,
Not a kiss nor look be lost.
Beauty, midnight, vision dies:
Let the winds of dawn that blow
Softly round your dreaming head
Such a day of welcome show
Eye and knocking heart may bless,
Find our mortal world enough;
Noons of dryness find you fed
By the involuntary powers,
Nights of insult let you pass
Watched by every human love
zaterdag, september 02, 2006
Gieten
Vandaag lekker de wandelschoenen aan, auto naar het bos en daar de lange wandeling gemaakt. De lange wandeling is de route met oranje paaltjes door boswachterij Gieten die al een poosje op ons lijstje staat. Zestieneneenhalve kilometer was ons net iets te ver, maar ondanks wat afsteken hebben we toch zeker 11 kilometer gelopen. Pas op het laatst was er wat regen. Je komt dan wondertjes tegen als de Dennenvoetzwam, jong exemplaar, rechts op de foto en de Gewone franjezwam, ouder exemplaar, piepklein, links op de foto. Het bos staat op dit moment vol met paddestoelen. Veel amanieten, genoeg boleten en russula's, af en toe een stinkzwam of morielje. En dan nog de houtzwammen, melkzwammen, knotszwammen, stuifzwammen, satijnzwammen etcetera. Niet alles is makkelijk thuis te brengen. De dennenvoetzwam bijvoorbeeld ken ik wel, maar had ik laatst een heel oud exemplaar met moeite, nu is het een heel jong exemplaar wat ik niet zo herken.
Deze enorme stuifzwam is voor mij het grootste raadsel. Of waarom ik altijd helemaal blij wordt van het bos. Dat zit m niet in het vinden van iets heel zeldzaams. Ik liep halverwege de wandeling met een grijns van oor tot oor. En zelfs heel moe en met een pootje wat niet meer wou stapte ik voldaan in de auto. Het gejammer bewaar ik voor de plicht, en dit is lol.
vrijdag, september 01, 2006
Wegwerkzaamheden
Gewoon 90 rijden omdat er wegwerkzaamheden zijn blijkt moeilijk. Ook al lopen er mensen pionnen te verzetten, rijden auto's langzaam op de vluchtstrook om de borden aan te passen.... Er zijn weer 2 stroken beschikbaar, dus hard zullen we rijden, hard zullen we rijden.
Als je het einde van de snelheidsbeperking nadert voel je je net jantje met de korte achternaam. Links en rechts komen ze je letterlijk voorbij suizen. Als ik in de auto het gedrag van medeweggebruikers bestudeer (laten we het netjes houden, de meeste zijn geen apen met wieltjes) dan verbaas ik me elke keer weer. De gemiddelde Midas Dekker zou er een boek over kunnen schrijven. Misschien heeft hij dat ook al gedaan. Ik hoor zijn droge stem in gedachten al declameren uit eigen werk.
Do not go gentle into that good night
Do not go gentle into that good night,
Old age should burn and rave at close of day;
Rage, rage against the dying of the light.
Though wise men at their end know dark is right,
Because their words had forked no lightning they
Do not go gentle into that good night.
Good men, the last wave by, crying how bright
Their frail deeds might have danced in a green bay,
Rage, rage against the dying of the light.
Wild men who caught and sang the sun in flight,
And learn, too late, they grieved it on its way,
Do not go gentle into that good night.
Grave men, near death, who see with blinding sight
Blind eyes could blaze like meteors and be gay,
Rage, rage against the dying of the light.
And you, my father, there on the sad height,
Curse, bless, me now with your fierce tears, I pray.
Do not go gentle into that good night.
Rage, rage against the dying of the light